Hoogbegaafdheid

Als je googled op kenmerken van hoogbegaafdheid (HB) dan weet je ‘net niets’; de gedragingen die mensen met een HB-profiel kunnen hebben, lopen zo uiteen dat bij wijze van spreken het merendeel van de mensen HB is.

En er kleeft toch een beetje een nare bijsmaak aan de term HB, vind je niet?

Roepen dat je HB bent, komt toch al snel opschepperig over. Ouders die noemen dat zij vermoedens hebben dat hun kind HB is, krijgen maar al te vaak te maken met gevoelens dat zij zich niet serieus genomen voelen; als te trots of prestatiegericht worden gezien. Ze vernemen deze oordelen al dan niet achter hun rug om. Áls ze het vermoeden (of de uitslag van een onderzoek) al openlijk bespreken, worden er door omstanders maar al te graag andere verklaringen bijgehaald; dat het kind bijvoorbeeld ‘gewoon’ autistisch’ is of niet goed opgevoed.

Zoveel verschillende visies en modellen

HB meet je niet alleen met een IQ onderzoek. Er circuleren verschillende definities en modellen. Juist dat er zoveel verschillende visies zijn, maakt dat het gesprek met anderen (zoals school of behandelaar) lastig kan zijn. Jij ziet als ouder misschien wel enige kenmerken van HB, terwijl een ander deze niet waarneemt in de klas of behandelsetting. Of andersom. Hoe ga je dan het gesprek aan?

Hieronder zet ik 3 modellen over HB voor je uiteen.

Meerfactorenmodel van Renzulli en Mönks

Een goede interactie met de sociale omgeving (school, vrienden en gezin) is belangrijk voor een gezonde ontwikkeling.

  •     hoge intellectuele capaciteiten
  •     creativiteit
  •     motivatie

Je kan nog zo begaafd zijn; als er geen optimaal samenspel is tussen deze factoren, kun je niet spreken van HB.

Het multifactorenmodel van Kurt Heller

Een uitgebreider model is van Kurt Heller: het multifactorenmodel. Hierin zijn de volgende gebieden opgenomen:

  • Begaafdheidsfactoren
  • Omgevingsfactoren
  • (niet-cognitieve) persoonlijkheidsfactoren
  • Prestatiegebieden

Ten opzicht van het vorige model zijn sociale competentie, psychomotorische vaardigheden en muzikaliteit toegevoegd als begaafdheidsfactoren.

Aanleg en een stimulerende omgeving liggen ten grondslag aan HB presteren. Met andere woorden: het talent van een HB persoon leidt alleen tot een uitzonderlijke prestatie als de omgeving stimulerend genoeg is, en aansluit bij de aanleg die aanwezig is.

Zijnsluik van Prof. dr. Tessa Kieboom

Het zijnsluik van Tessa Kieboom zet de karaktereigenschappen die kenmerkend zijn voor HB in een model. Deze kenmerken -die iedereen heeft- vragen een specifieke aanpak bij HB. Het ‘zijnsluik’ bevat 5 gebieden:

  • Perfectionisme 
  • Rechtvaardigheidsgevoel 
  • Hoog-sensitiviteit
  • Kritische ingesteldheid

HB en onderpresteren

En dan heb je de stap gezet: ‘Oké. laten we onderzoeken wat er met met mijn kind aan de hand is’. En dan blijkt er een gemiddelde IQ-score uit te komen. Totaal tegen verwachting in.

Indien (hoog)begaafden niet uitzonderlijk presteren, welke op basis van hun capaciteiten te verwachten is, kan er sprake zijn van onderpresteren. In sommige gevallen sluit de omgeving niet aan bij de capaciteiten van het kind (een kind kan in aanleg nog zo muzikaal zijn, als je het geen muziekinstrument geeft, kan het niet floreren op dit gebied).

Angst

Wat ook kan spelen is dat er een deken van angst over hun prestaties heen ligt. Sommige kinderen laten deze angst heel duidelijk zien (beven, trillen, zweten, vaak zeggen ‘ik weet het niet, ik zou het moeten weten’), maar er zijn ook kinderen die dit verborgen houden. Dan kan het zijn dat je het terugziet in de antwoorden van een IQ-onderzoek: in de makkelijke vragen, maken ze fouten. Je hoort dan ook vaak ‘Dit is echt niet logisch’. Ze denken te moeilijk en vermoeden dat er een addertje onder het gras zit want zo makkelijk kan het toch niet zijn. Terwijl ze dan gaan vlammen tijdens de moeilijke opgaven; je ziet de motivatie toenemen en ze gaan rechterop zitten. Ze hebben dan ook vaak de neiging om veel meer informatie te geven dan eigenlijk nodig is; om alles over het onderwerp te vertellen dat ze weten.

Hoe verder?

Je hebt vermoedens en na het lezen van deze blog, nog meer… Wat nu?

  • Ik snap dat het je duizelt na bovenstaande informatie; zoveel om rekening mee te houden. Ik ga je helpen. Ga naar de pagina ‘Afspraak maken‘, stuur een mail of bel 06 52 06 48 48.
  • We starten met een kennismakingsgesprek – indien het om je kind gaat, afhankelijk van de situatie beslissen we samen of het handiger is met of zonder je kind.
    Ik ga je (en indien mogelijk, het liefst met beide ouders/verzorgers) je hemd van het lijf vragen en maak met jou op een groot vel je vraagstuk visueel:
    – Wat zijn de klachten?
    – Wat gaat er goed? Waar liggen de talenten?
    – Sinds wanneer spelen de problemen?
    – Hoe liep de ontwikkeling van je kind?
    – Wat zijn de ingrijpende gebeurtenissen?
    – Hoe ziet de familie eruit?
    – Etc.
  • Er wordt een afspraak ingepland voor een intelligentie-onderzoek (en een schoolgesprek. Input vanuit school wordt meegenomen in het totale beeld; als de prestaties thuis en op school afwijken, zal er worden onderzocht welke factoren van invloed zijn op deze wisselende prestaties).
  • Uitgebreid onderzoek: Indien vermoedens zijn van zelfbeeld-problematiek, aandachtsproblemen of problemen van ander aard, kan dit worden aangevuld bij het onderzoek.
  • Indien nodig ondersteun ik bij het contact met school, zoals aansluiten bij gesprekken met de leerkracht/intern begeleider over de mogelijkheden van onderwijs-aanpassingen.

En als dan blijkt dat jouw kind HB is, moet je het dan je kind vertellen? Ik vind van wel, waarom? Om te komen tot een goede identiteitsontwikkeling. Een kind leert zichzelf in zijn leven steeds beter kennen en bouwt daarmee een eigen identiteit op. Alle stukjes van jezelf leren kennen en respecteren noemen we integreren van de identiteit. Een goed geïntegreerde identiteit als HB persoon betekent dus dat HB een plekje krijgt in het verhaal dat je hebt over jezelf.

Geraadpleegde bronnen:

Kieboom, T. & Venderickx, K. (2017). Meer dan intelligent. De vele gezichten van hoogbegaafdheid bij jongeren en volwassenen. Tielt België: Lannoo
Koenderink, T. (2016). De 7 uitdagingen. In T. Koenderink, De 7 uitdagingen; Een praktisch handboek voor leerkrachten in het bo en vo (pp. 17-19). Venlo: Novilo bv.
Webb, J., Amend, E., & Webb, N. e. (2013). Misdiagnose van hoogbegaafden, handreikingen voor passende hulp (originele titel: Misdiagnoses and Dual diagnoses of Gifted Children and Adults: ADHD, Bipolar, OCD, Asperger’s, Depression and Other Disorders). In J. Webb, E. Amend, & N. e. Webb, Misdiagnose van hoogbegaafden, handreikingen voor passende hulp (originele titel: Misdiagnoses and Dual diagnoses of Gifted Children and Adults: ADHD, Bipolar, OCD, Asperger’s, Depression and Other Disorders). Assen: Koninklijke Van Gorcum.

Ik ben gek op kennis delen! Meld je aan voor de nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van de nieuwe webinardata, trainingen, gratis werkbladen, leuke feitjes en praktische tips!